Waarom is mijn pup ineens angstig?
Tijdens het opgroeien gaat elke pup door verschillende fases heen. Veel pups komen rond de 12 weken in hun eerste angstfase. Dat is gelukkig een tijdelijke fase en verklaard waarom jouw pup ineens angstig is voor dingen die hij/zij eerder niet als spannend ervaarde. De angstfase gaat vanzelf weer over, maar in deze periode is jouw pup extra gevoelig voor het opdoen van een traumatische ervaring. Hierbij wat tips die kunnen helpen om jouw pup goed door deze fase heen te krijgen.
Hoe lang duurt de angstfase?
Jouw pup gaat gemiddeld door 4 verschillende angstfases heen, de eerste duurt vaak het langste. Deze begint vaak rond de leeftijd van 12 weken en kan aanhouden tot de pup 6 maanden oud is. De volgende 3 angstfases zijn korter en duren gemiddeld 1 tot 2 weken. Deze treden op rond de leeftijd van 9 maanden, 14 maanden en 18 maanden.
Wat kan je doen tijdens een angstfase?
Het belangrijkste: blijf de angst niet opzoeken. Geeft jouw pup aan iets heel spannend te vinden, blijf er in deze periode dan niet constant naar terug gaan. In deze fase kan je hierdoor juist een angst creëren voor iets dat niet nodig is.
Het is goed om je pup nog steeds wel in aanraking te laten komen met dat wat hij/zij spannend vind, maar geef je pup iets meer ruimte. Loop bijvoorbeeld wat verder weg van het object of onderwerp dan je normaal gesproken zou doen. Op deze manier kan de pup er wel naar kijken, maar voelt die zich veiliger door de extra afstand.
Een voorbeeld:
Marley was in haar eerste angstfase enorm bang voor (wilde) paarden. Tijdens onze wandelingen komen we die regelmatig tegen en elke keer was ze heel hard aan het blaffen, staart tussen de benen en de nekharen stonden overeind. Voor 2 weken lang hebben we de wandelingen zo gepland, dat we de paarden niet tegen kwamen. Wanneer we ze zagen lopen, zijn we omgedraaid en hebben we een andere route gekozen. Na die 2 weken weer eens geprobeerd en nu kijkt ze er wel naar, maar is er geen angst meer voor de paarden.
Volg het spanningsniveau van jouw pup
Tijdens de angstfase is het spanningsniveau van een pup een stuk lager dan normaal. Dit is bij elke pup anders en daarom is het belangrijk om het niveau van jouw pup te volgen. Het is goed om de pup te blijven socialiseren en nieuwe situaties te laten ontdekken, maar doe dit met meer voorzichtigheid. Kijk goed naar de lichaamstaal van de pup en ben alert op stresssignalen. Zodra je merkt dat jouw pup iets spannend vind, vergroot je de afstand. Je kan daarna nog een stap terug naar het onderwerp zetten, maar blijft het spannend, loop er dan liever van weg en probeer het later opnieuw.
'Ze moet er nog aan wennen'
Deze zin heb ik zo vaak gehoord tijdens de (eerste) angstfase van Marley en daardoor werd ik altijd een beetje geïrriteerd. Tuurlijk zijn nieuwe situaties spannend en moeten pups wennen aan nieuwe dingen, maar in deze fase moet je jouw pup goed begeleiden. Wanneer je de pup 'zelf maar laat wennen' zullen ze eerder een echte angst ontwikkelen voor het onderwerp. Jij helpt jouw pup vertrouwen krijgen in een ,voor hem/haar, spannende situatie.
Hoe meer jouw pup leert om ontspannen met nieuwe situaties om te gaan, hoe makkelijker het wordt voor jouw hond om al ontspannen de nieuwe situatie in te gaan. Ontspanning komt door vertrouwen. Ook hierbij is het altijd belangrijk om goed te blijven kijken en te zien wat voor jouw hond goed voelt en wat hij/zij aan kan.
Na het goed doorlopen van zo'n angstfase merk je daarna dat jouw pup weer verder is in de ontwikkeling tot een stabiele en evenwichtige hond.